top of page

Waarom leven vanuit lagom beter bij mij past dan minimalisme

Toen ik over Let’s grow green ging vertellen aan kennissen, kwam de vraag regelmatig voorbij of het zou gaan over minimalisme en duurzaam opvoeden.


Maar dat doe ik niet, of in elk geval niet helemaal.

In deze blog neem ik je mee naar mijn reis over lagom leven.


Om te beginnen; ik vind het heel mooi dat steeds meer mensen minimalisme kennen en omarmen.


Bij de minimalistische leefstijl gaat het erover dat je alleen in je leven houdt waar je echt gelukkig van wordt. Dat kan gaan over spullen, maar ook over vriendschappen of waar je je geld aan uit geeft. Je verwijdert alles wat daar niet bij helpt.


Zo hou je tijd, geld en energie over voor mensen en spullen waar je echt heel blij van wordt.


In die zin in minimalisme dus een hele mooie opening naar duurzaam leven.


Maar stel, je bent minimalist en koopt weinig spullen, maar vliegt wel veel of eet dagelijks dierlijke producten. Leef je wel minimalistisch maar niet duurzaam.


De minimalistische leefstijl is dus niet gelijk aan duurzaamheid, maar kan dat zeker wel zijn.

Zelf leef ik gedeeltelijk minimalistisch. Ik heb bijvoorbeeld een beperkt aantal stukken kleding in mijn kast hangen (33) en zorg dat ik alleen de spullen in huis heb, die ik ook echt gebruik. En ja, ik vind het heerlijk om meer te kunnen leven door minder te hoeven onderhouden.


Zo hou ik tijd, geld en energie over om bijvoorbeeld Let’s grow green op te zetten.


Maar van andere dingen hou ik juist van meer.


Zo is het bij ons thuis vaak een zoete inval van vriendjes en vriendinnetjes. In de tijd dat er nog een zandbak in de tuin stond, vond ik het heel fijn om veel schepjes te hebben of vormpjes. Ook kan ik erg genieten van de Legosteden die gebouwd worden, of van onze spelletjes kast vol spelletjes.


In die kast liggen dan wel weer de spelletjes die we ook echt spelen. Spelletjes die niet zo’n succes zijn, geef ik weer door.


Inmiddels zijn we de zandbak ontgroeit en zijn de hoeveelheid schepjes niet meer zo nodig. Dus je raad het al, die worden dan weer bij de weggeeftafel gelegd.


Een weggeeftafel is een plek, meestal in een buurthuis waar je spullen naar toe kan brengen, maar ook weer gratis mee kan nemen. Bepaalde boekjes of spelletjes komen bijvoorbeeld daar vandaan.


Het ene moment wilde ik dus juist genoeg schepjes en een paar jaar later, waren die niet meer zo nodig.


Dat sluit aan op de Zweedse levenstijl; lagom. Lagom betekent niet te weinig, niet te veel maar precies er tussenin. Het is precies goed en in balans.

Maar wat goed is en in balans hangt af per situatie en dag. Denk maar aan een bord leegeten. Als je in de tuin hebt gewerkt, zal je veel meer trek hebben, dan als je op de bank een boekje hebt gelezen. Hoeveel je eet, hangt dus af de omstandigheden.


Zelf ervaar ik het als bevrijdend om niet veel nodig te hebben.


Die ruimte om te kijken wat er nodig is, vind ik heel fijn. Niemand anders kan dat voor mij bepalen, behalve ikzelf. Daarmee wordt het voor mij ook minder dogmatisch. Dus dat het maar op een manier kan. Alle oordelen vallen er voor mij mee weg.


Om duurzaam te leven denk ik ook dat het gaat over meer in balans leven, met jezelf de ander en de aarde. Maar dat uiteindelijk niemand behalve jijzelf kan bepalen hoe in 'balans leven' ervoor jou uit ziet.

Lagom, duurzaam leven en de schepjes horen dus bij elkaar.

Al blijf ik daarin altijd kijken dat we de schepjes ook duurzaam krijgen. Dus niet hup, even naar de winkel voor 6 goedkope schepjes, maar even langs een rommelmarkt, weggeef tafel of kijken wat mijn ouders bewaard hebben.





bottom of page